George Pipas, verantwoordelijk voor de marktvoorspellingen bij Ford, kon
afgelopen vrijdag niet wachten, en verklapte dat er volgens zijn
berekeningen het afgelopen jaar in de VS slechts 13,2 miljoen auto’s en
kleine vrachtauto’s zijn verkocht. Als hij gelijk krijgt heeft is dat het
laagste cijfer in zestien jaar.

Het zou bovendien de snelste daling van de vraag zijn sinds de oliecrisis van
1974. In 2007 werden er in de VS nog 16,5 miljoen auto’s verkocht.

“De verkopen vielen in 2008 omlaag als een loden ballon”, zei Pipas. Die in
een moeite door voorspelde dat het eerste kwartaal van 2009 zeker niet beter
zal zijn.

Andere analisten vrezen zelfs dat de autoverkopen in december op het laagste
peil in 26 jaar zijn uitgekomen.

Baanverlies
Na de financiële sector lijkt de auto-industrie het tweede slachtoffer van de
kredietcrisis te worden, met misschien wel net zulke grote gevolgen voor de
gehele economie. In november 2008 rekende het Center
for Car research
voor, dat het omvallen van de drie grote Amerikaanse
autoproducenten (General Motors, Ford en Chrysler) bijna drie miljoen banen
zal kosten.

Nu was dat rapport vooral bedoeld om de Amerikaanse politiek onder druk te
zetten om met een reddingsplan voor de sector te komen. Dus de cijfers zijn
ongetwijfeld aangedikt. Maar feit blijft dat de instortende vraag naar
auto’s de Amerikaanse economie midscheeps raakt.

Komende vrijdag krijgen we een eerste indicatie van de omvang van die schade.
Dan komt het Amerikaanse ministerie van Arbeid met de het banenrapport voor
de maand december.

Gevreesd wordt voor een dramatische daling van het aantal banen met ongeveer
een half miljoen. Wordt die vrees bewaarheid, dan komt het baanverlies in
heel 2008 uit op 2,4 miljoen. Dat zou de snelste afname zijn in de
naoorlogse geschiedenis van de VS.

Recessieloze crisis
Precies een jaar geleden was het slechte banenrapport voor december 2007 de
oorzaak van paniekverkopen op de beurs. De oplopende werkloosheid schrok de
beleggers wakker uit hun droom over een recessieloze crisis. De neergang
viel niet langer te ontkennen.

Het cijfer van vrijdag zal waarschijnlijk een minder paniekerige ontvangst
krijgen. Ondertussen zijn de doomscenario’s op de beurs wel ingeprijsd.
Alleen baanverlies van boven de half miljoen kan de koersen nog verder
omlaag drukken.

Voor de Amerikaanse overheid zal de afnemende werkgelegenheid wel reden zijn
om in actie te komen. Barack Obama, die pas 20 januari officieel het stokje
over neemt, werkt met zijn team van economische adviseurs aan een omvangrijk
reddingsplan voor de Amerikaanse economie, mogelijk ter waarde van duizend
miljard dollar. Bescherming van de werkgelegenheid is een van zijn
hoofddoelstellingen.

Zo’n omvangrijk reddingsplan is niet zonder gevaar. De staatsschuld stijgt
enorm en daardoor neemt de kans toe dat het buitenland gaat twijfelen aan de
kredietwaardigheid van de VS en de waardevastheid van de dollar.

Renteloze lening
Bovendien heeft massale overheidsbemoeienis altijd ongewenste bijeffecten.
Een goed voorbeeld daarvan is nu al te zien in de Amerikaanse
auto-industrie.

Eind 2008 besloot de Federal Reserve om GMAC, de onafhankelijke
financieringspoot van General Motors, voor zes miljard dollar aan steun te
geven. Met dat geld is GMAC direct gaan stunten.

Wie nu in de VS een GMC Envoy aanschaft, krijgt daarbij een renteloze lening
van GMAC cadeau. Die nul procent rente staat voor maar liefst vijf jaar
vast. De actie geldt ook voor auto’s van GM-dochter Saab.

Ook een Chevrolet TrailBlazer is met een renteloze financiering te krijgen.
Dat Chevrolet ook profiteert van de actie komt doordat het
private-equityfonds Cerberus meerderheidsaandeelhouder is van zowel GMAC als
Chevrolet.

Alleen concurrent Ford doet niet mee. Als relatief sterkste van de drie grote
autoproducenten heeft Ford geen overheidssteun gekregen, en kan dus ook niet
stunten met gratis geld voor nieuwe klanten.

Zwakste broeders
Zo verstoort de staatsteun op dramatische wijze de natuurlijke
herstructurering van de Amerikaanse auto-industrie. De zwakste broeders
krijgen een kunstmatig concurrentievoordeel. De gezondste partij (al kun je
daar bij Ford ook niet echt van spreken) delft het onderspit.

Dit beeld zullen we meer zien in 2009. De overheid gaat de economie redden.
Gezonde bedrijven moeten zich ernstig zorgen gaan maken.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl